About the Book
Bron: Wikipedia. Pagina's: 37. Hoofdstukken: IJzerlegering, Verbinding van ijzer, Gietijzer, Invar, Organoijzerchemie, IJzer(III)chloride, Houtskoolhoogoven, Ferroceen, Dinatriumtetracarbonylferraat, Di-ijzernonacarbonyl, Heemverbinding, IJzer(II)sulfide, Hemoglobine, IJzer(III)oxide, IJzer(II)sulfaat, Cytochroom c, Thermiet, Pruisisch blauw, Weekijzer, (Benzylideenaceton)ijzertricarbonyl, 1,1'-bis(difenylfosfino)ferroceen, IJzer(II)oxide, Roest, IJzer(II)chloride, Ferroceniumtetrafluorboraat, IJzer(III)sulfaat, Fermagaat, IJzer(III)nitraat, IJzer(III)fluoride, (1,1'-bis(difenylfosfino)ferroceen)palladium(II)dichloride, Mohrs zout, Ferbam, Kaliumferrioxalaat, IJzer(III)acetaat, IJzerpentacarbonyl, Bruneren, Nodulair gietijzer, IJzer(III)carbonaat, Ferroine, IJzer(II)bromide, IJzer(III)bromide, IJzer(II)fluoride, IJzer(III)chromaat, Nikkelijzer, Ferrosilicium, IJzerdraad, IJzer(III)fosfaat, Direct-gereduceerd ijzer, Cytochroom b, Smeedijzer, Mumetaal, Meehaniet, IJzer(II, III)oxide, Inconel, HbF, Grijs gietijzer, Temperijzer, Ruwijzer, IJzeroxiden, Incoloy, Hemosiderine, Hamerslag, Hemine, IJzer(II)hydroxide, Ring of the European Cities of Iron Works, Auermetaal, Pyrofoor ijzer. Uittreksel: Invar is een nikkel-ijzerlegering met een extreem lage uitzettingscoefficient, bestaande uit ongeveer 36% nikkel, 64% ijzer en eventueel kleine hoeveelheden van andere elementen. Invar werd in 1896 ontdekt door de Zwitserse natuurkundige Charles-Edouard Guillaume, die mede hiervoor een Nobelprijs ontving in 1920. Hij gaf de naam invar, afgeleid van invariable, aan de legering met 35,6% nikkel, 0,1% mangaan, 0,4% koolstof en voor de rest ijzer. Na uitgloeien en koelen in lucht heeft deze legering een uitzettingscoefficient ( ) van slechts 1,2 . 10 K bij kamertemperatuur. Sindsdien wordt de naam invar ook wel gebruikt voor andere legeringen met een vergelijkbare samenstelling. Ter illustratie, een stalen spoorstaaf van 20 meter lengte zet bij een temperatuurstijging van 20 C ruim..